De buurtmoestuin als zen paradijsje

Coronatijd. We kunnen het ons nog allemaal goed herinneren. Weinig te doen, weinig sociale contacten, alle winkelstraten en horeca potdicht. Wat doe je dan? Lot Broos (46) uit de Staatsliedenbuurt hing in die tijd, leunend over haar balkonnetje, te kletsen met een paar buurvrouwen: Malou en Rosa. Ze bedachten dat ze samen wel een buurtmoestuin kon beginnen, middenin de grote binnentuin van hun besloten wooncomplex. En? “Zo heerlijk als je je eigen groenten en fruit kunt eten, geweldig!”

Na wat vijven en zessen kregen ze toestemming van woningbouwvereniging Mitros om te starten. De vrouwen moesten een onderzoek laten doen naar de grond, vanwege eventuele verontreiniging. Lot: “Conclusie was dat we de gewassen beter in bakken konden telen, met
schone grond.” Dat alles kost natuurlijk geld, dus via internet werden subsidies aangevraagd bij de gemeente. En die ambtenaren, die willen alles weten. “Waarom wil je dit doen, welk publiek wil je bereiken, noem maar op”, weet Lot nog goed. “We hebben onder meer gezegd dat het
goed is voor de verbondenheid in de buurt en de vergroening van de buurt”. Uiteindelijk kwam er in totaal wel tienduizend euro, maar de initiatiefnemers hadden het hard nodig. Ze kochten kruiwagens, tuingereedschap, veel tuinaarde, beplanting en natuurlijk de bakken waarin de moestuin tot stand moest komen. Er kwamen regentonnen en een gegraven spaarbekken om water in op te vangen. Inmiddels zijn zo’n zes bewoners elke week ieder een paar uur bezig met het onderhouden van de tuin. Lot vertelt: “We hebben zelf het wiel uitgevonden, want we hadden geen voorbeeld.”

Wil je zoiets ook beginnen met je buurt, dan heeft Lot wel een paar tips: “Zorg voor een enthousiast team, dat graag bezig is met een moestuin. Het kost namelijk veel tijd om de boel bij te houden. Denk aan planten aanschaffen, zaaien en oogsten en alle verzorging. Je moet ook een stichting oprichten, dan kun je in naam daarvan subsidie aanvragen. Groene vingers hebben hoeft niet per se, je leert al doende. Wij eten nu heerlijk onbespoten groenten en fruit, zoals bessen, wortels, uien, boontjes, bietjes, bolcourgettes, en ook tomaten uit een kleine kas die we hebben gebouwd. Het is superleuk om alles te zien opkomen, heel zen. Het is echt een klein paradijsje.”.